[141]

DA-Home | Terug



Podium Witteman is een muziekprogramma op de Nederlandse televisie gericht op klassieke en semiklassieke muziek en aanverwante onderwerpen. Op 17 april 2016 is het thema podiumvrees. Aan tafel bij gespreksleider Paul Witteman vertelden hoboïst Han de Vries en Violiste Emma van der Schalie over hun podium vrees. Psychiater en violiste Esther van Fennema, ook aan tafel, reageerde daarop. Hier vragen we ons af of podiumvrees, in de sport faalangst genoemd, ook een rol kan spelen bij doping.

Podiumvrees bij mucisi

Esther Fenema 132x132
Esther Fenema

Han de Vries en Emma van der Schalie zijn topmusici die veel problemen hebben gehad met podiumvrees. Psychiater van Fennema heeft in het Leids Universitair Centrum een polikliniek voor musici met podiumvrees. Zij vertelde dat podiumvrees een lastig uit te leggen begrip is, maar dat het vrijwel altijd een onderliggende oorzaak heeft, zoals een depressie, of een angst- of paniekstoornis. Podiumangst kan zowel tot lichamelijke (fysieke) symptomen als tot denk (cognitieve) problemen leiden en vaak gecombineerd. Fysieke symptomen zijn bijvoorbeeld trillen (rampzalig voor violisten) of een droge keel (rampzalig voor zangers). Cognitieve problemen bestaan uit wat Van Fennema desastreuze gedachten noemt, zoals: ‘het gaat helemaal mis’, ‘ik kan het niet meer’, ‘ik word gek’ of ‘ik ga dood op dat podium’. Zulke gedachten zijn rampzalig voor iedereen.

Ontstaan van podiumvrees

Podiumvrees kan door één mislukt optreden ontstaan, waarna een negatieve spiraal in werking treedt die de podiumvrees niet alleen in stand houdt, maar ook versterkt. Bij ieder volgend optreden worden de lichamelijke symptomen sterker en de gedachten catastrofaler. De musicus gaat dan steeds slechter presteren, althans dat veronderstelt hij of zij. We zullen zien dat dat niet waar hoeft te zijn. Op de vraag van Witteman of podiumvrees niet overdreven wordt, reageerde Van Fennema resoluut met de uitroep “absoluut niet!”. Die reactie kwam van dieper dan vanuit haar tenen.
 

Martha Archeric, meesterpianiste

Martha Argerich
Martha Argerich

Waar podiumvrees toe leidt word geïllustreerd in een video (zie hierna) van de wereldberoemde Argentijnse meesterpianiste Martha Archerich vlak voor een concert. In haar kleedkamer en achter de coulissen loopt Archerich gespannen heen en weer en zocht, ogenschijnlijk panisch, naar uitvluchten om niet te hoeven optreden en dat gebeurt voor ieder optreden opnieuw. Hoboïst Han de vries vertelde dat hij zich voor een optreden van vijf minuten soms wel veertien dagen volstrekt afzonderde. Dat is erg lastig als optreden je beroep is.

De tekst loop door na de video

Helaas is de video niet meer beschikbaar op youtube. 

Het voorbeeld van Archerich laat zien dat podiumvrees niet per se door ervaring afneemt. De nu 75-jarige Argentijnse trad voor het eerst op toen ze vier jaar oud was. Een fantastische carrière van meer dan 70 jaar volstond dus niet om haar haar voor een optreden het zelfvertrouwen te geven een uitmuntend pianiste te zijn. Ook toont dit voorbeeld aan dat het er bij podiumvrees niet om gaat of prestaties werkelijk benedenmaats zijn, maar of de musicus dat als zodanig ervaart. Het publiek heeft waarschijnlijk nooit iets gemerkt van de enorme spanningen waaraan de Argentijnse pianiste vlak voor haar optreden ten prooi viel. Zodra ze achter de vleugel plaatsnam, was daar niets meer van te merken en speelde ze, aldus Witteman, de sterren van de hemel. De volgende video laat hier geen twijfel over bestaan. Geniet even van Bachs Partita no. 2 door meesterpianiste Martha Archerichs op het Verbier Festival in 2012.

De tekst loopt door na de video (2 min. 50 sec.)

Om commerciele redenen is afspelen van deze video buiten Youtube geblokkeerd.
Klik op bekijken via Youtube om alsnog van het pianospel van Marha Archerich te genieten. 

Emma van der Schalie

Van der Schalie vertelde hoe de podiumvrees zich bij haar ontwikkelde tijdens haar studie aan het conservatorium. Daar werd ze plotseling geconfronteerd met andere talentvolle musici en dat taste haar zelfvertrouwen aan. Hoewel haar talent algemeen erkend werd, viel het haar docenten/begeleiders niet op dat ze, ondanks steeds harder studeren, voortdurend slechter presteerde, Soms haalde ze zelfs haar tentamens niet meer. Ze pleitte voor meer aandacht aan dit fenomeen tijdens de opleidingen.

Bij Archerich zagen we dat podiumvrees niet altijd vanzelf geneest. Dan is behandeling nodig. Bij die behandelingen schrijft psychiater Van Fennema haar patiënten onder andere bètablokkers voor. Die blokkeren de lichamelijke symptomen van de angst, waardoor de negatieve prestatiespiraal wordt doorbroken en in positieve richting kan worden omgebogen. Van der Schalie vertelde dat ze nu vrij en onbevangen kan optreden, maar dat ze altijd bètablokkers bij zich heeft. Bij belangrijke optredens komen die soms nog van pas. Maar waarschijnlijk is het idee dat ze die middelen onder handbereik heeft al voldoende om podiumangst te voorkomen.

Prevalentie podiumvrees

Hoewel we niet precies weten hoeveel musici last hebben van podiumvrees, lijkt hun aandeel aanzienlijk te zijn. Van Fennema schat dat minstens een op de drie (>30%) musici in meer of mindere mate last van podiumvrees hebben. De spanning die hierbij ontstaat moet overigens niet verward worden met de gezonde spanning die mensen nodig hebben om optimaal te presteren. Podiumangst is een ongezonde spanning.


Een op de drie mucisi heeft waarschijnlijk last van podiumvrees


 

Faalangst bij atleten

In de vortige paragraaf spraken we over podiumvrees bij musici. Maar hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld toneelspelers, musicalsterren, popartiesten, artsen of bij mensen die een lezing moeten houden, etc. Met andere woorden, podiumvrees komt veel voor bij mensen die vaak bovenmatig moeten presteren. Waarschijnlijk is dit een belangrijke oorzaak voor het hoge drugsgebruik in zulke groepen, vergeleken groepen mensen van wie we minder hoge prestaties verwachten. Die drugs zouden de ervaren spanning tijdelijk verminderen en daarmee de podiumangst. De medicijnen die Fenema haar patiënten voorschrift hebbendezelfde functie. Na de uitzending vroeg ik mij af, wat als naast gespreksleider Witteman en psychiater Van Fennema niet Han de Vries en Emma van der Schalie, maar Tom Dumoulin en Dafne Schippers* aan tafel hadden gezeten, terwijl het gesprek verder precies gelijk was?

* Ter verduidelijking, ik noem Dumolin en Schippers slechts als voorbeeld voor bekende Nederlandse topatleten en niet omdat ik denk dat ze mogelijk iets gebruiken dat verboden is.

Musici vs. atleten

Van Fennema zou hetzelfde verteld hebben over de oorzaken, gevolgen en behandeling van podiumvrees, in de sport faalangst genoemd. Vanwege haar beroepsgeheim zou ze niets zeggen over het middelengebruik van Dumoulin en Schippers. Ook in het gesprek met de musici beperkte Van Fennema zich tot uitleg over het fenomeen podiumvrees, wat het voor musici betekent als ze daar last van hebben en hoe het behandeld wordt. De Vries en Van der schalie vertelden zelf dat ze een middel voorgeschreven kregen om podiumvrees tegen te gaan, welk middel dat was en wat dat voor hen persoonlijk betekende. Zonder hadden ze hun carièrre waarschijnlijk niet kunnen voortzetten. 

Stel vervolgens dat Dumoulin en Schippers, net als De Vries en Van der Schalie, uiteen zouden zetten dat ze een middel gebruikten en soms nog gebruiken om hun faalangst tegen te gaan en zo beter presteerden. Wat zou dan de reactie dan zijn geweest. Ik vermoed dat de media, die (terecht) niet geïnteresseerd waren in de ‘bekentenissen’ van beide musici, bol zouden staan van de ‘bekentenissen’ van beide topatleten. Het zou weleens wereldnieuw kunnen zijn. De kans dat beide atleten langdurig geschorst zouden worden en hun overwinningen van de laatste tijd hen zouden worden afgenomen, lijkt groot te zijn. Een de carièrre zou dan niet ondenkbaar zijn.

Faalangst als verklaring voor dopinggebruik

Topatleten zijn gewone mensen van wie we bovenmatige prestaties verwachten. Dat maakt het aannemelijk ze met dezelfde problemen kampen als andere gewone mensen die bovenmatige moeten presteren, zoals de topmusici bij Witteman aan tafel. We mogen dan aannemen dat eveneens zo'n dertig procent van de topatleten last hebben van faalangst. Zou dat dan niet een plausibele verklaring zijn voor een belangrijk deel van het drugsgebruik (doping) in de sport. Door de (vermeende) prestatieverbetering door doping neemt het zelfvertrouwen van de atleet toe en daarmee zijn faalangst af. Zoals al is aangegeven gaat het er niet om of doping prestaties echt verbetert, daar is weinig overtuigend bewijs voor, maar of de atleet dat al zodanig ervaart.


Topatleten zijn gewone mensen van wie we topprestaties verwachten


 

Behandelen versus straffen

Als voorgaande redenering juist is, is het dan niet logischer dat we atleten die wegens faalangst doping gebruiken, net als de mucisi, een behandeling aanbieden, in plaats van ze zwaar te straffen. Niemand veronderstelt immers dat de muziekwereld gebaad is bij het sanctioneren van hoboïst Han de Vries en violiste Emma van der Schalie omdat ze medicijnen gebruikten om hun podiumangst te onderdrukken en zo beter presteerden. Hoewel, feitelijk verbeterde de medicijnen hun prestatie niet, maar voorkomen ze dat die afneemt. Aangenomen dat topatleten vergelijkbaar zijn met topmusici, zou in de sport weleens hetzelfde kunnen gelden als in de muziek en dat zou dan  al meer dan dertig procent van het dopingprobleem verklaren, terwijl een positieve uitstraling naar andere atleten denkbaar is. Sanctioneren lijkt dan eerder contraproductief te zijn, omdat daarmee de angst om betrapt te worden nog eens over de faalangst heen komt. Als dat juist is, neemt de kans op middelengebruik (doping) door die sancties eerder toe dan af. 

***

Copyright © 2006-2022 - Dr. Bram Brouwer - All Rights Reserved